De gemeente Rotterdam heeft als ambitie om de ruim 40 kerngebieden weer vitaal te maken. In een van die kerngebieden mochten wij aan de slag, namelijk Hoek van Holland. Hierbij de link naar het interview of lees hem hieronder:
Door Jolan van Loo
Sociale meerwaarde traject
Het levendiger maken en houden van binnensteden verloopt via het zogenaamde sociale meerwaarde traject. Marleen Strien legt uit wat dat precies inhoudt: “Vroeger waren winkelgebieden heel erg gericht op shoppen. Tegenwoordig kunnen we mensen met (alleen) winkelen niet meer verleiden om naar het centrum te komen. Daarom proberen we in het centrum zaken aan te bieden die verder gaan dan alleen een plek waar je geld kunt uitgeven. Waar op dit moment veel behoefte aan is in de maatschappij, en waar centra zich uitstekend voor lenen, is een plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Dat is eigenlijk een vernieuwde insteek om centrumgebieden levendig te houden – op de één of andere manier een plek creëren waar mensen zich prettig voelen. Waar ze samen kunnen komen en met elkaar kunnen afspreken. Een plek die sociale meerwaarde oplevert. Dat is echt een landelijke trend waar iedereen actief mee bezig is.”
Hoek van Holland
In opdracht van de gemeente Rotterdam heeft Boost Your Inner City nu ook een sociale meerwaarde traject in Hoek van Holland doorlopen. Marleen: “Voor het traject in Hoek van Holland hebben we drie avondsessies georganiseerd waarbij we alle betrokkenen hebben uitgenodigd. De gemeente, vastgoedpartijen, bewoners, ondernemers en culturele instellingen. Die vijf partijen zijn alle avonden aanwezig geweest.”
“Tijdens de eerste avond begonnen we met vast te stellen: voor wie doen we dit eigenlijk? Onze hoofddoelgroep is de bewoner. Er komen natuurlijk ook veel toeristen in Hoek van Holland, maar eerst moet de bewoner met plezier naar zijn eigen centrum gaan. Als de bewoner trots is op zijn eigen dorp wordt hij vanzelf een ambassadeur naar toeristen toe, en zal die aan de toeristen op strand vertellen dat ze ook het fijne centrum eens moeten bezoeken. Door met elkaar in gesprek te gaan en een enquête af te nemen over zo’n 200 deelnemers, hebben we vervolgens de kenmerken van die bewoner in kaart kunnen brengen.”
“Tijdens de tweede avond zijn we echt gaan kijken: wat maakt Hoek van Holland nou uniek? Wat zijn de kernwaardes, of merkwaardes zoals wij ze noemen. Daar had iedereen op zich wel een beeld bij, maar het was nergens echt opgeschreven. Daardoor was het redelijk makkelijk op te halen en was iedereen het er ook wel mee eens. Een greep uit de merkwaarden die er uit zijn voort gekomen: stoer en industrieel, eigenwijs en kritisch, en thuishaven.”
“Tijdens de derde avond zijn we eigenlijk de ingrediënten die we verzameld hebben tijdens de eerste twee avonden samen gaan brengen. En zijn we gaan kijken: passen de marketing en de evenementen die hier georganiseerd worden eigenlijk wel bij de merkwaarden en de doelgroep? Daar is vervolgens een concept-plan uitgekomen, dat nu bij de deelnemers ligt ter evaluatie. Zij koppelen het nog terug naar de bewoners en ondernemers en dan gaan we uiteindelijk een jaarplan opstellen.”
De wensen voor Hoek van Holland
“Een belangrijke wens die naar voren kwam” vertelt Marleen, “is toch wel de vernieuwing van de infrastructuur en gebouwen in het centrum. Je ziet dat ook wel terug in het straatbeeld. Er liggen nu ook plannen voor. In die plannen is ruimte voor het terugbrengen van de kernwaardes die je amper meer terugziet in het straatbeeld, zoals dat stoere en industriële. Maar ook de link naar het havengebied.”
“Zoals vaak zie je dat de ambitie groter is dan het budget” vervolgt Marleen. “Er zijn allerlei subsidies beschikbaar voor dit soort activiteiten, dat is heel prettig. Maar financiering is iets waar we altijd hulp bij nodig hebben, bijvoorbeeld van de gemeente. Daarnaast helpt het ook als de gemeente een aanjagende rol aanneemt, dus bewoners en ondernemers probeert aan te zetten om te participeren in onze plannen. Want het zou mooi zijn als het typische Hoek van Holland weer kan terugkeren in het centrum, maar dat hebben we niet helemaal zelf in de hand. Daar hebben we de lokale ondernemers en inwoners voor nodig!”